Wetten en regels

WETGEVING

Kruisbogen

Kruisbogen zijn legaal, maar zoals u in de onderstaande dikgedrukte wetgedeeltes kunt lezen, vallen kruisbogen wel onder Categorie IV van de Wet Wapens en Munitie (artikel 2, lid 5). Dit betekent dat personen jonger dan 18 jaar geen kruisboog voorhanden mogen hebben (artikel 26, lid 5). Ook mag u geen kruisboog bij u dragen (artikel 27, lid 1), dat wil zeggen dat deze tijdens vervoer zodanig deugdelijk verpakt moet zijn dat deze niet voor onmiddelijk gebruik kan worden aangewend. Ook mag niet met een kruisboog worden gejaagd.

Net als u, mogen ook wij geen kruisbogen overdragen aan personen jonger dan 18 jaar (artikel 31, lid 4). Hierdoor zijn wij, wanneer u een kruisboog bij ons komt schieten, genoodzaakt na te vragen of u de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt.


Wet Wapens en Munitie

Artikel 2

Categorie IV

  • 1°. blanke wapens waarvan het lemmet meer dan een snijkant heeft, voor zover zij niet vallen onder categorie I;
  • 2°. degens, zwaarden, sabels en bajonetten;
  • 3°. wapenstokken;
  • 4°. lucht-, gas- en veerdrukwapens, behoudens zulke door Onze Minister overeenkomstig categorie I, sub 7°, aangewezen die zodanig gelijken op een vuurwapen dat zij voor bedreiging of afdreiging geschikt zijn;
  • 5°. kruisbogen en harpoenen;
  • 6°. bij regeling van Onze Minister aangewezen voorwerpen die geschikt zijn om daarmee personen ernstig lichamelijk letsel toe te brengen;
  • 7°. Voorwerpen waarvan, gelet op hun aard of de omstandigheden waaronder zij worden aangetroffen, redelijkerwijs kan worden aangenomen dat zij zijn bestemd om letsel aan personen toe te brengen of te dreigen en die niet onder een van de andere categorieën vallen.

Wet Wapens en Munitie

Artikel 26

  • 1. Het is verboden een wapen of munitie van de categorieën II en III voorhanden te hebben.
  • 2. Het eerste lid is niet van toepassing op personen die houder zijn van:
    a. een verlof als bedoeld in artikel 28, eerste lid, van de wet, voor zover dit verlof reikt; of
    b. een jachtakte als bedoeld in de Flora- en faunawet, voor wat betreft voor de jacht en beheer en schadebestrijding bestemde wapens en munitie van categorie III, die in de jachtakte zijn omschreven.
  • 3. Onze Minister kan bij regeling vrijstelling van het verbod van het eerste lid voor wapens of munitie van categorie III verlenen met betrekking tot jagers en sportschutters, die hun vaste woon- of verblijfplaats buiten Nederland hebben.
  • 4. Onze Minister kan ten aanzien van de personen bedoeld in het tweede lid regels vaststellen met betrekking tot:
    a. de medische geschiktheid en vaardigheid in het omgaan met wapens;
    b. de vereiste kennis op het terrein van wapens; en
    c. het aantal wapens dat zij ten hoogste voorhanden mogen hebben.
  • 5. Het is personen die de leeftijd van achttien jaren nog niet hebben bereikt verboden een wapen van categorie IV voorhanden te hebben.
  • 6. Onze Minister kan bij regeling vrijstelling van het verbod van het vijfde lid verlenen in het kader van in verenigingsverband beoefende sporten of door Onze Minister aangewezen recreatieve activiteiten in daartoe gevestigde bedrijven waarin wapens worden gedragen als bedoeld in artikel 2, eerste lid, categorie IV, onderdeel 4° en onderdeel 5° met betrekking tot kruisbogen.

Wet Wapens en Munitie

Artikel 27

  • 1. Het is verboden een wapen van de categorieën II, III en IV te dragen.
  • 2. Het eerste lid is niet van toepassing op personen die:
    a. houder zijn van een verlof als bedoeld in artikel 29, voor zover dit verlof reikt; of
    b. op grond van artikel 26, tweede lid, voor de jacht en beheer en schadebestrijding bestemde wapens voorhanden mogen hebben, voor wat betreft het terrein waar zij tot de jacht en beheer en schadebestrijding gerechtigd zijn.
  • 3. Onze Minister kan bij regeling vrijstelling van het verbod van het eerste lid voor wapens van de categorieën III en IV verlenen met betrekking tot:
    a. optochten; en
    b. studenten-weerbaarheidsverenigingen.
  • 4. Onze Minister kan bij regeling vrijstelling van het verbod van het eerste lid voor wapens van categorie IV verlenen met betrekking tot:
    a. ceremoniële wapens; en
    b. recreatieve activiteiten.

Wet Wapens en Munitie

Artikel 31

  • 1. Het is verboden een wapen of munitie van de categorie ën II en III over te dragen.
  • 2. Het eerste lid is niet van toepassing op het overdragen aan personen die gerechtigd zijn het wapen of de munitie voorhanden te hebben.
  • 3. Onverminderd het bepaalde in het eerste lid is het verboden een wapen van categorie III over te dragen zonder inontvangstneming van het in artikel 32 bedoelde verlof tot verkrijging.
  • 4. Het is verboden een wapen van categorie IV over te dragen aan een persoon die de leeftijd van achttien jaren nog niet heeft bereikt.
  • 5. Bij regeling van Onze Minister kan vrijstelling van het verbod van het vierde lid worden verleend in het kader van in verenigingsverband beoefende sporten.

Handbogen

Handbogen vallen niet onder de Wet Wapens en Munitie, waardoor hier (veel) minder strengere regels aan zijn verbonden. Zo mag een persoon jonger dan 18 jaar gewoon een handboog voorhanden hebben, echter valt per handboog te betwijfelen of deze ook voor jeugdige personen geschikt is.

Naast de landelijke wapenwet moet u echter wel rekening houden met plaatselijke verordeningen. Een handboog die u in principe bij u mag dragen kan door een plaatselijke verordening verboden zijn. Tevens mogen handbogen niet voor de jacht gebruikt worden.

Pijlen

Wapens in de zin van deze wet zijn de hieronder vermelde of overeenkomstig dit artikellid aangewezen voorwerpen, onderverdeeld in de volgende categorieën.

Categorie I

  • 1°.stiletto’s, valmessen en vlindermessen;
  • 2°.andere opvouwbare messen, indien:
    • a.het lemmet meer dan een snijkant heeft; of
    • b.de lengte in opengevouwen toestand langer dan 28 cm is;
  • 3°.boksbeugels, ploertendoders, wurgstokken, werpsterren, vilmessen, ballistische messen en geluiddempers voor vuurwapens;
  • 4°.blanke wapens die uiterlijk gelijken op een ander voorwerp dan een wapen;
  • 5°.pijlen en pijlpunten bestemd om door middel van een boog te worden afgeschoten, die zijn voorzien van snijdende delen met de kennelijke bedoeling daarmee ernstig letsel te kunnen veroorzaken;
  • 6°.katapulten;
  • 7°.andere door Onze Minister aangewezen voorwerpen die een ernstige bedreiging van personen kunnen vormen of die zodanig op een wapen gelijken, dat zij voor bedreiging of afdreiging geschikt zijn.

Blaaspijpen

Net als handbogen vallen blaaspijpen niet onder de Wet Wapens en Munitie. Een persoon jonger dan 18 jaar mag dus gewoon een blaaspijp voorhanden hebben. Desalniettemin zijn blaaspijpen geen speelgoed: door de overheid worden zij aangemerkt als potentiëel dodelijke wapens. Een naald van een pijltje kan tot enkele centimeters diep doordringen in de huid.

Met een blaaspijp mag niet gejaagd worden, ook niet op ongedierte zoals ratten of muizen. Houd ook altijd rekening met plaatselijke verordeningen: hierdoor kan een blaaspijp ondanks dat hij niet als wapen wordt aangemerkt toch verboden zijn.